2 MEI 2019. - Decreet tot wijziging van verscheidene wetgevingen inzake pacht (1)

Het Waalse Parlement heeft aangenomen en Wij, Waalse Regering, bekrachtigen hetgeen volgt:

HOOFDSTUK I. - Wijzigingen in afdeling 3 ("Regels betreffende de pacht in het bijzonder") van boek III, titel VIII, hoofdstuk II, van het Burgerlijk Wetboek

Artikel 1. In artikel 2 van afdeling 3 ("Regels betreffende de pacht in het bijzonder") van boek III, titel VIII, hoofdstuk II, van het Burgerlijk Wetboek, vervangen door de wet van 7 november 1988, worden volgende wijzigingen aangebracht:

  1. onder 2° wordt het woord "exploitant" vervangen door het woord "landbouwexploitant";

  2. punt 5° wordt vervangen als volgt:

    "5° op de overeenkomsten tot oprichting van een vennootschap, erkend als landbouwonderneming in de zin van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, waarop de bepalingen van deze afdeling normaal van toepassing zouden zijn, maar die werd opgericht voor een duur van ten minste 27 jaar; ".

    Art. 2. In dezelfde afdeling wordt een artikel 2bis ingevoegd, luidend als volgt:

    "Art. 2bis. In de zin van deze afdeling wordt verstaan onder:

  3. de wettelijk samenwonenden: de wettelijk samenwonenden in de zin van artikel 1475 van het Burgerlijk Wetboek waarvan het samenwonen een ononderbroken duur van minstens twee jaar heeft voordat volgende gebeurtenissen zich voordoen:

    1. in de artikelen 7, 8, 8bis en 11bis, de datum waarop de pachter kennis van de opzegging wordt gegeven;

    2. in artikel 31, de datum waarop de onderpachtovereenkomst gesloten wordt;

    3. in de artikelen 34 en 35, de datum waarop de overdrachtsovereenkomst gesloten wordt;

    4. in artikel 37, de datum waarop het verzet tegen de hernieuwing van de pacht overeenkomstig artikel 36 bij de rechter aanhangig gemaakt wordt;

    5. in de artikelen 39, 41 en 43, de datum van overlijden van de pachter;

    6. in artikel 47, de datum waarop de pachter kennis geeft van zijn aanvaarding van het aanbod aan de notaris overeenkomstig artikel 48.1, lid 2;

    7. in artikel 48bis, de datum waarop de overdrachtsovereenkomst van de exploitatie gesloten wordt;

    8. in artikel 52, de datum waarop de verkoopovereenkomst gesloten wordt;

    9. in artikel 54, de datum waarop de overdrachtsovereenkomst van het goed of van de exploitatie gesloten wordt;

  4. de bevoorrechte overdracht: de overdracht van een pachtovereenkomst verricht met inachtneming van artikel 35 en die resulteert in een vernieuwing van de pacht.".

    Art. 3. In dezelfde afdeling wordt een artikel 2ter ingevoegd, luidend als volgt:

    "Art. 2ter. Iedere zending krachtens één van de bepalingen van deze afdeling wordt geacht van een vaste datum voorzien te zijn wanneer de datum van ontvangst ervan bewezen kan worden en zij één van volgende vormen aanneemt:

  5. de gedateerde en ondertekende e-mail;

  6. het bij ter post aangetekend schrijven;

  7. de zendingen via privé-bedrijven tegen ontvangstbewijs;

  8. de afgifte van een akte tegen ontvangstbewijs.

    De toezending moet uiterlijk op de vervaldag van de termijn geschieden.".

    Art. 4. Artikel 3 van dezelfde afdeling, gewijzigd bij de wet van 7 november 1988, wordt vervangen door hetgeen volgt:

    "Art. 3. § 1. Iedere pacht, vallend onder deze afdeling, evenals de wijziging of uitdrukkelijke verlenging ervan, worden schriftelijk vastgesteld. Dit geschrift bevat, los van de andere modaliteiten:

  9. de identiteit van de overeenkomstsluitende partijen, namelijk:

    1. voor de natuurlijke personen, hun naam, voornaam, woonst, geboortedatum en -plaats, burgerlijke stand, hun identificatienummer in het Rijksregister of in het BIS-register van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid en, indien gekend, het producentennummer en het ondernemingsnummer bedoeld in artikel III.17 van het Wetboek van economisch recht;

    2. voor de rechtspersonen, hun benaming, hun maatschappelijke zetel en, indien gekend, hun producentennummer en hun ondernemingsnummer bedoeld in artikel III.17 van het Wetboek van economisch recht, evenals de identiteit van de personen die gemachtigd zijn om ze te vertegenwoordigen;

  10. de aanvangsdatum;

  11. de duur van de pacht volgens de artikelen 4 en 8, §§ 2 tot 5;

  12. de kadastrale aanduiding van de percelen zoals opgenomen op het uittreksel uit de kadastrale legger en onder vermelding van minstens: de gemeente waar de percelen gelegen zijn, de afdeling, de sectie, het perceelsnummer, de oppervlakte, evenals de straat- of veldnaam;

  13. het niet-geïndexeerd kadastraal inkomen van elk perceel, evenals de landbouwstreek waarin elk perceel gelegen is.

    Betreffende lid 1, 1°, wordt, wanneer een partij nog geen ondernemings- of producentennummer gekregen heeft, genoemd ondernemings- of producentennummer door die partij, zodra zij erover beschikt, medegedeeld aan alle andere partijen en wordt dit gewaarmerkt in de akte of in een aanvullende verklaring ondertekend onderaan op de akte.

    De meest gerede overeenkomstsluitende partij, kan, bij gebreke van uitvoering binnen de twintig dagen van een per zending betekende ingebrekestelling, de andere partij, in voorkomend geval via gerechtelijke weg, dwingen om een schriftelijke overeenkomst zoals bepaald in deze paragraaf op te stellen, aan te vullen of te ondertekenen.

    Een voorafgaande mondelinge overeenkomst tussen de partijen perkt de bevoegdheid van de rechter in.

    De Regering kan ter informatie een typemodel van pachtovereenkomst vastleggen.

    § 2. Voor de toepassing van paragraaf 1, lid 3, kan het bewijs van het bestaan van de pachtovereenkomst bij alle rechtsmiddelen worden gevoerd. Daarenboven kan de exploitant het bewijs leveren van het bestaan van een pacht door voorlegging van een bewijs van persoonlijk aanbod van betaling, verricht overeenkomstig artikel 23, derde lid, en waartegen de verpachter niet heeft gereageerd door een oproeping in verzoening voor de bevoegde vrederechter binnen zes maanden na het aanbod.

    Binnen de vijftien dagen dient het door een zending bevestigd te worden waarin het bestaan van een pacht vermeld wordt, evenals het jaar en het perceel waarop de betaling betrekking heeft.

    Deze bevestigingsbrief vermeldt uitdrukkelijk:

  14. het woord "pacht";

  15. het jaar waarop de betaling betrekking heeft;

  16. dat de betaling geldt als bewijs van een pacht, tenzij de verpachter binnen de zes maanden na de dag van persoonlijk aanbod van betaling reageert door een oproeping in verzoening voor de bevoegde vrederechter.

    Indien de overeengekomen pachtprijs niet bewezen is, wordt hij vastgesteld door de rechter overeenkomstig de bepalingen van het decreet van 20 oktober 2016 ter beperking van de pachtprijzen.

    Indien er een naar de vorm andersluidend geschrift is, kan degene die een landeigendom exploiteert, het bewijs leveren van het bestaan van een pacht en van de pachtvoorwaarden door alle middelen met inbegrip van getuigen en vermoedens.

    § 3. De pachten bedoeld in artikel 8, §§ 2 en 3, worden bij een authentieke akte vastgesteld.".

    Art. 5. Artikel 4 van dezelfde afdeling wordt gewijzigd als volgt:

  17. het tweede lid wordt vervangen als volgt:

    "Bij gebreke van geldige opzegging wordt de pacht van rechtswege verlengd voor opeenvolgende periodes van negen jaar bij het eindigen van de gebruiksperiode, zelfs indien de huur van de eerste gebruiksperiode langer is geweest dan negen jaar. Na afloop van de derde verlenging eindigt de pacht van rechtswege.";

  18. het wordt aangevuld met een lid, luidend als volgt:

    "Wanneer de pachter na afloop van de derde verlenging op het pachtgoed wordt gelaten, wordt de pacht, in afwijking van lid 2, van jaar tot jaar tussen dezelfde pachtovereenkomstsluitende partijen verlengd. Er kan zich tijdens deze stilzwijgende verlenging geen enkele overdracht of bevoorrechte overdracht voordoen. In afwijking van artikel 43 wordt de pacht op dag van overlijden van de pachter of op een latere datum opgezegd, om de volledige oogst van de wassende vruchten door zijn erfgenamen of rechthebbenden mogelijk te maken.".

    Art. 6. Artikel 6 van dezelfde afdeling, gewijzigd bij de wet van 7 november 1988 en bij het decreet van 10 juli 2013, wordt gewijzigd als volgt:

  19. in paragraaf 1, 5°, worden de woorden "of van een besluit van de Regering" ingevoegd tussen de woorden "van een koninklijk besluit" en de woorden "dat de onteigening ten algemenen nutte beveelt of toestaat";

  20. in paragraaf 1, 6°, worden de woorden "of van een besluit van de Regering" ingevoegd tussen de woorden "van een koninklijk besluit" en de woorden "dat de onteigening ten algemenen nutte beveelt of toestaat";

  21. het wordt aangevuld met een paragraaf 4, luidend als volgt:

    " § 4. In afwijking van artikel 4 kan de verpachter, met het oog op de verkoop van een perceel, van een blok percelen of van een deel van een landbouwperceel, eveneens de pacht beëindigen voor wat betreft de onder deze verkoop vallende oppervlakte als:

  22. dit landbouwperceel vooraf in de pachtovereenkomst geïdentificeerd is;

  23. dit landbouwperceel maximaal twee hectare groot is of niet meer dan tien percent vertegenwoordigt van een geheel van percelen uit één stuk die deel uitmaken van éénzelfde pachtovereenkomst tussen dezelfde verpachter en dezelfde pachter;

  24. de pachter de pachtovereenkomst betreffende het perceel genoten heeft gedurende minstens drie maanden voorafgaand aan de opzegging gedaan door de verpachter.

    De pachtovereenkomst wordt opgezegd op de dag van overschrijving van de authentieke akte van verkoop. Deze termijn wordt zo verlengd, dat de groeiende oogst volledig weggehaald kan worden.

    De dag van de opzegging wordt de pachtovereenkomst voortgezet voor de overige goeden die tussen partijen in pacht zijn gegeven. De oppervlaktes en de bedragen van de pacht worden zo aangepast dat de vermindering van de verpachte oppervlakte in rekening wordt gebracht.

    De opzegging gedaan aan de pachter:

  25. bevat de nauwkeurige aanduiding van het perceel dat in de verkoop wordt beoogd;

  26. geldt twee jaar te rekenen van de kennisgeving ervan. Als de verkoop van het perceel niet binnen die termijn is verwezenlijkt, vervalt de opzegging.

    Het voorkooprecht van de pachter bepaald in artikel 47 is van toepassing.".

    Art. 7. Artikel 7, §...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT