2 JULI 2020. - Besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie met betrekking tot het verzamelen van financiële en statistische gegevens van de kinderbijslagfondsen
Het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie,
Gelet op de ordonnantie van 4 april 2019 tot vaststelling van het betaalcircuit voor de gezinsbijslag, artikelen 35, § 1, zesde lid, en 35, § 5, derde lid;
Gelet op het advies van de Beheerraad voor Gezinsbijslag, gegeven op 10 oktober 2019;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 8 november 2019;
Gelet op het akkoord van de leden van het Verenigd College, bevoegd voor Financiën en Begroting, gegeven op 8 januari 2020;
Gelet op het advies 66.904 van de Raad van State, gegeven op 12 februari 2020, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Gelet op het advies nr. 40/2020 van de Gegevensbeschermingsautoriteit, gegeven op 15 mei 2020;
Op voordracht van de Leden van het Verenigd College, bevoegd voor de Gezinsbijslagen.
Na beraadslaging,
Besluit :
HOOFDSTUK 1. - Maandelijkse financiële aangifte
Artikel 1. § 1. De kinderbijslagfondsen delen maandelijks cijfersgegevens mee over de gezinsbijslag aan de dienst ICT van Iriscare via een bestandsformaat en een wijze van dataoverdracht die door Iriscare worden bepaald.
De cijfergegevens moeten uiterlijk op de twintigste dag van de maand die volgt op de referentiemaand worden meegedeeld. De referentiemaand is de maand waarin de gezinsbijslagen worden betaald.
De meegedeelde cijfergegevens zijn in overeenstemming met de boekhouding van de kinderbijslagfondsen en moeten aan Iriscare worden bezorgd in geaggregeerde tabellen waarbij de gegevens voor de in artikel 6, § 1, bedoelde personen niet in aparte tabellen worden weergegeven. De mededeling gebeurt per rubriek, zoals bedoeld in paragraaf 2.
§ 2. De maandelijkse aangifte moet de volgende bedragen vermelden:
-
de verschuldigde gezinsbijslagen per werkelijke financiële stromen, waarbij de volgende subrubrieken worden onderscheiden:
-
werkelijk uitbetaalde gezinsbijslagen;
-
de ingehouden gezinsbijslagen ter aanzuivering van de eigen debiteuren;
-
de annuleringen van debetdossiers;
-
regularisaties;
-
diversen;
-
-
de ten onrechte betaalde gezinsbijslagen per werkelijke financiële stromen, waarbij de volgende subrubrieken worden onderscheiden:
-
nieuwe debiteuren;
-
teruggekomen betalingsorders die niet opnieuw uit te keren zijn;
-
regularisaties;
-
diversen;
-
-
de oninvorderbare ten onrechte betaalde gezinsbijslag ten laste van de GGC, zoals bedoeld in artikel 20 van de ordonnantie van 4 april 2019 tot vaststelling van het betaalcircuit voor de gezinsbijslag;
-
de correcties van de bedragen aangegeven in punt 3°, evenals de eventuele verhogingen, zoals voorzien in artikel 21, tweede lid, van de ordonnantie van 4 april 2019 tot vaststelling van het betaalcircuit voor de gezinsbijslag;
-
De voorschotten en de aanvullende voorschotten op de sommen bedoeld in artikel 16, § 2, 1°, van de ordonnantie van 4 april 2019 tot vaststelling van het betaalcircuit voor de gezinsbijslag;
-
de terugbetalingen van de overschotten van de voor de uitbetaling van de voor de gezinsbijslag bestemde sommen bedoeld in artikel 16, § 2, tweede lid, van de ordonnantie van 4 april 2019 tot vaststelling van het betaalcircuit voor de gezinsbijslag.
§ 3. Op basis van de maandelijkse aangifte die wordt meegedeeld door de kinderbijslagfondsen, deelt Iriscare maandelijks aan elk van hen een afrekening mee met vermelding van ofwel het eventuele overschot zoals bedoeld in artikel 16, § 2, tweede lid, van de ordonnantie van 4 april 2019 tot vaststelling van het betaalcircuit voor de gezinsbijslag, ofwel van het eventuele tekort ten aanzien van de voorschotten bedoeld in paragraaf 2, 5°.
Art. 2. De kinderbijslagfondsen delen Iriscare maandelijks uittreksels mee van hun zichtrekeningen met betrekking tot de betalingen van de gezinsbijslag. Die uittreksels moeten uiterlijk op de tiende dag van de maand die volgt op de referentiemaand bedoeld in artikel 1 worden bezorgd.
De uittreksels vermelden per dag en per zichtrekening de voorschotten en aanvullende voorschotten bedoeld in artikel 1, § 2, 5°, en de eventuele terugbetalingen van deze voorschotten, de terugbetalingen van de ten onrechte betaalde gezinsbijslagen, de bedragen van de uitbetaalde gezinsbijslag, de uitgiftekosten van de betalingen en de diverse inkomsten en uitgaven.
Art. 3. De in artikel 1 bedoelde maandelijkse aangifte is definitief. De eventuele wijzigingen die op een afgesloten periode betrekking hebben, worden ingevoegd in de aangifte met betrekking tot de maand waarin ze zich voordoen.
Deze wijzigingen zijn begrepen in de boekhoudkundige rekeningen met betrekking tot het jaar waarop de aangifte betrekking heeft.
HOOFDSTUK 2. - Trimestriële financiële aangifte
Art. 4. § 1. De kinderbijslagfondsen delen Iriscare driemaandelijks de gegevens mee met betrekking tot hun administratiekosten, en dit uiterlijk op de laatste dag van de eerste kalendermaand die volgt op het referentietrimester. Het referentietrimester is de periode waarop de administratiekosten betrekking hebben.
§ 2. De meegedeelde gegevens zijn in overeenstemming met de boekhouding van de kinderbijslagfondsen. De mededeling gebeurt per rubriek, zoals bedoeld in paragraaf 3.
§ 3. De driemaandelijkse aangifte bevat de volgende gegevens:
-
de nodige cijfergegevens om het gedeelte van de globale toelage te bepalen dat wordt vastgesteld op basis van het kwantitatief criterium bedoeld in artikel 17, § 2, 1°, van de ordonnantie van 4 april 2019 tot vaststelling van het betaalcircuit voor de gezinsbijslag;
-
enkel voor wat betreft het laatste trimester van elke kalenderjaar: het jaarlijkse bedrag van het...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI