18 APRIL 2021. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juli 2020, gesloten in het Paritair Comité voor de warenhuizen, tot vaststelling van de statuten van de syndicale afvaardiging van het personeel (1)

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de warenhuizen;

Op de voordracht van de Minister van Werk,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juli 2020, gesloten in het Paritair Comité voor de warenhuizen, tot vaststelling van de statuten van de syndicale afvaardiging van het personeel.

Art. 2. De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 18 april 2021.

FILIP

Van Koningswege :

De Minister van Werk,

P.-Y. DERMAGNE

_______

Nota

(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :

Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage

Paritair Comité voor de warenhuizen

Collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juli 2020

Vaststelling van de statuten van de syndicale afvaardiging van het personeel (Overeenkomst geregistreerd op 5 november 2020 onder het nummer 161760/CO/312)

HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, alsook op de bedienden en arbeiders, met uitzondering van het directiepersoneel, die ressorteren onder het Paritair comité voor de warenhuizen.

HOOFDSTUK II. - Algemene principes

Art.2. De werknemers erkennen de noodzakelijkheid van een wettig gezag van de ondernemingshoofden en zij maken er een erepunt van hun werk plichtsgetrouw uit te voeren.

De werkgevers eerbiedigen de waardigheid der werknemers en zij maken er een erepunt van hen met rechtvaardigheid te behandelen. Zij verbinden zich ertoe hun vrijheid van vereniging en vrije ontplooiing van hun organisatie in de onderneming direct noch indirect te verhinderen.

Art. 3. De werkgevers verbinden zich ertoe op het personeel geen enkele druk uit te oefenen om hen te beletten bij een vakbond aan te sluiten en aan de niet-aangesloten werknemers geen andere voorrechten dan aan de aangesloten werknemers toe te kennen.

De syndicale werknemersorganisaties, evenals de syndicale afgevaardigden van het personeel verbinden zich ertoe de vrijheid van vereniging te eerbiedigen en in de schoot van de ondernemingen de praktijken van de paritaire verhoudingen, die met de geest van de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 1971 betreffende het statuut van de syndicale afvaardigingen van het personeel der ondernemingen en van deze overeenkomst stroken, na te leven. Zij verbinden zich ertoe de werking van de werkgever en van zijn vertegenwoordigers op de verschillende trappen van de hiërarchie niet te verhinderen.

Art. 4. De werkgevers, de syndicale organisaties en de syndicale afgevaardigden verbinden zich ertoe respectievelijk :

- in alle omstandigheden blijk te geven van zin voor rechtvaardigheid, billijkheid en verzoening, die bepalend is voor de goede sociale verhouding in de onderneming;

- de collectieve arbeidsovereenkomsten en het arbeidsreglement te eerbiedigen en hun inspanningen te bundelen ten einde de naleving ervan te verzekeren.

HOOFDSTUK III. - Begrip syndicale afvaardiging

Art. 5. De werkgevers erkennen dat het bij een vakbond aangesloten personeel bij hen vertegenwoordigd is door een syndicale afvaardiging, waarvan de leden onder de werknemers van de onderneming worden aangewezen.

Onder "bij een vakbond aangesloten personeel" dient te worden verstaan : het bij één van de ondertekenende organisaties aangesloten personeel.

HOOFDSTUK IV. - Oprichting en samenstelling

van de syndicale afvaardigingen

Art. 6. In iedere zetel evenals in de centrale depots, afhangend van dezelfde onderneming, kan een syndicale afvaardiging van het gesyndiceerde personeel worden opgericht. Voor de centrale administratieve diensten die niet gevoegd zijn bij een verkoopzetel en die in eenzelfde regionale zone gelegen zijn, wordt één enkele syndicale afvaardiging van het personeel opgericht.

Art. 7. De syndicale afvaardiging van het personeel bedraagt ten minste 2 of ten hoogste 10 leden in verhouding tot het aantal personeelsleden betrokken door de onderhavige overeenkomst en in de zetel waar zij geroepen is op te treden. Een syndicale afvaardiging wordt opgericht voor een zetel in de mate dat ten minste 25 pct. van het personeel geviseerd door deze overeenkomst gesyndiceerd is.

Nombre de membresdu personnel occupé Nombre de membres visé par la présente convention de la délégation syndicale Aantal tewerkgesteldepersoneelsleden Aantal leden beoogd door deze overeenkomst van de syndicale afvaardiging 10 à 40 2 10 tot 40 2 41 à 60 3 41 tot 60 3 61 à 100 4 61 tot 100 4 101 à 200 5 101 tot 200 5 201 à 300 6 201 tot 300 6 301 à 400 7 301 tot 400 7 401 à 500 8 401 tot 500 8 501 à 600 9 501 tot 600 9 601 à 700 10 601 tot 700 10

Voor de zetels met meer dan 700 personen, telt de syndicale afvaardiging ten hoogste 10 leden.

Art. 8. Voor de berekening van het aantal personeelsleden, dat in artikel 7, hierboven wordt aangehaald, wordt slechts rekening gehouden met het "full-time" en "part-time" personeel dat onder contract van onbepaalde duur is aangeworven; het tijdelijk personeel wordt uitgesloten.

Om het betrokken aantal personeelsleden te bepalen, zal worden rekening gehouden met het gemiddeld aantal tewerkgestelde werknemers op 30 september van het burgerlijk jaar dat aan het verzoek tot oprichting van een syndicale afvaardiging voorafgaat.

Art. 9. Het verzoek tot oprichting van een syndicale afvaardiging moet door de betrokken syndicale organisatie worden ingediend.

Dit verzoek moet gelijktijdig en schriftelijk worden medegedeeld aan de centrale directie van het personeel van de onderneming en aan de directie van de zetel waar de afvaardiging geroepen wordt op te treden en aan de andere syndicale organisaties.

Van zodra het verzoek, zoals voorzien in alinea 2, is medegedeeld, beschikken de ingelichte syndicale organisaties over een termijn van vijftien dagen, om de organen voorzien in alinea 2, schriftelijk te verwittigen dat zij zich aansluiten bij het verzoek dat uitgaat van de syndicale organisatie die het initiatief nam.

Wanneer, nadat die termijn is verstreken, de syndicale organisatie die het initiatief nam, niet door een andere syndicale organisatie werd gecontacteerd, is zij de enige die bevoegd is een lijst van afgevaardigden voor te stellen.

Art. 10. De lijst van de voorgestelde afgevaardigden wordt door de betrokken syndicale organisatie 30 dagen na het indienen van het verzoek voorzien artikel 9, alinea 1, tezelfdertijd en schriftelijk medegedeeld aan de centrale directie van het personeel van de onderneming en aan de directie van de zetel waar de syndicale afvaardiging geroepen wordt op te treden.

Indien verscheidene syndicale organisaties de mededeling, voorzien in artikel 9, alinea 3, hebben beantwoord, maken zij aan de in alinea 1 bedoelde directies een collectieve lijst over van de kandidaten, die opgemaakt is op basis van de overeenkomst bedoeld in artikel 11. Deze overmaking dient te geschieden binnen de termijn voorzien in alinea 1.

Wanneer, na het verstrijken van de termijn, de syndicale organisatie die het initiatief nam, door geen enkele andere syndicale organisatie werd gecontacteerd voor het opmaken van de lijst, beschikt zij over alle mandaten voorzien voor de afvaardiging.

Art. 11. (Collectieve arbeidsovereenkomst van 5 november 1976) De ondertekenende syndicale organisaties gaan akkoord voor het aanduiden van de afgevaardigden, met inachtneming van de beperkingen bepaald in artikel 7. Zij doen dit op basis van de verkiezingsuitslagen voor de comités voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing der werkplaatsen of bij ontstentenis hiervan in verhouding tot het aantal syndicale premies betaald door elke syndicale organisatie in het kader van het "Sociaal Fonds der warenhuizen".

Indien verwezen wordt naar de verkiezingsuitslagen voor de comités voor veiligheid en gezondheid, wordt voor elke syndicale organisatie het totaal berekend op de stemmen behaald op de lijsten voor bedienden, handarbeiders en jongeren. Het aantal mandaten waarop elke syndicale organisatie recht heeft, wordt berekend op grond van de hoger bedoelde totalen en met inachtneming van het verdelingssysteem geldend door de mandaten toegekend ten gevolge van de verkiezingen voor de comités voor veiligheid en gezondheid.

Indien verwezen wordt naar het aantal syndicale premies betaald door elke syndicale organisatie in het kader van het "Sociaal Fonds der warenhuizen", zal elke betwisting betreffende het tellen van de premies aanleiding geven tot een nazicht dat wordt uitgevoerd onder het toezicht van de voorzitter van het Paritair Comité voor de warenhuizen.

Art. 12. De werkgever kan zijn redenen van verzet tegen de aanduiding van een afgevaardigde laten kennen aan de betrokken syndicale organisatie of organisaties, binnen de vijftien werkdagen na het overmaken van de lijst voorzien in artikel 10.

Hij kan eveneens zijn grieven laten...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT