16 MAART 2022. - Besluit van de administrateur-generaal tot hernieuwde indeling van de Vlaamse Belastingdienst in subentiteiten en tot vaststelling van het organogram

Dit besluit is gebaseerd op:

- het decreet Bestuursdecreet van 7 december 2018, laatst gewijzigd bij decreet van 2 juli 2021;

- het besluit van de Vlaamse Regering van 11 juni 2004 tot oprichting van het agentschap Vlaamse Belastingdienst, laatst gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 22 januari 2021;

- het besluit van de Vlaamse Regering van 30 oktober 2015 tot regeling van de delegatie van beslissingsbevoegdheden aan de hoofden van de departementen en van de intern verzelfstandigde agentschappen, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 16 juni 2017, artikel 10;

- het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie, laatst gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 3 september 2021, artikel 19;

- het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006 tot operationalisering van het beleidsdomein Financiën en Begroting;

DE ADMINISTRATEUR-GENERAAL VAN DE VLAAMSE BELASTINGDIENST BESLUIT:

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

  1. belasting op de automatische ontspanningstoestellen: de belasting die geheven wordt overeenkomstig de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten en conform de bepalingen van titel 2, hoofdstuk 13, van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013, hierna VCF te noemen;

  2. belasting op de spelen en weddenschappen: de belasting die geheven wordt overeenkomstig de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten en conform de bepalingen van titel 2, hoofdstuk 12, van de VCF;

  3. de cluster van de verkeersbelastingen:

    * de verkeersbelasting, die geheven wordt overeenkomstig de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten en conform de bepalingen van titel 2, hoofdstuk 2, van de VCF;

    * de belasting op de inverkeerstelling, die geheven wordt overeenkomstig de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten en conform de bepalingen van titel 2, hoofdstuk 3, van de VCF:

    * het eurovignet, dat geheven wordt overeenkomstig de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten en conform de bepalingen van titel 2, hoofdstuk 4, van de VCF, zoals die van toepassing is tot en met 31 maart 2016;

  4. energieheffing: de belasting die geheven wordt conform de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT