11 JUNI 2020. - Ordonnantie houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 12 december 2019 tussen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betreffende de aanstelling van een gemeenschappelijke dienstenintegrator voor de elektronische uitwisseling van gegevens

Het Brusselse Hoofdstedelijke Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen, het geen volgt :

Artikel 1. Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.

Art. 2. Instemming wordt betuigd met het samenwerkingsakkoord van 12 december 2019 tussen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betreffende de aanstelling van een gemeenschappelijke dienstenintegrator voor de elektronische uitwisseling van gegevens.

Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 11 juni 2020.

De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de promotie van het Imago van Brussel en Biculturele zaken van gewestelijk belang,

R. VERVOORT

De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid,

E. VAN DEN BRANDT

De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie,

A. MARON

De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt, de Promotie van Meertaligheid en van het Imago van Brussel,

S. GATZ

De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering en de Plaatselijke Besturen,

B. CLERFAYT

_______

Nota

Gewone zitting 2019-2020

Documenten van het Parlement :

A-134/1 Ontwerp van ordonnantie.

A-134/2 Verslag.

Integraal verslag :

Bespreking en aanneming : vergadering van woensdag 20 mei 2020.

Bijlage

Samenwerkingsakkoord van 12 december 2019 tussen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betreffende de aanstelling van een gemeenschappelijke dienstenintegrator voor de elektronische uitwisseling van gegevens

Gezien de Grondwet, gecoördineerd op 17 februari 1994, met name de artikelen 121 tot 133 en 134 tot 140 ;

Gezien de bijzondere wet van 8 augustus 1980, tot hervorming van de instellingen, artikel 92bis ;

Gezien de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen ;

Gezien de ordonnantie van 20 mei 1999 betreffende de reorganisatie van het Centrum voor Informatica voor het Brusselse Gewest ;

Gezien de Verordening Gegevensbescherming (EU) 2016/679 van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens ;

Gezien de wet van 30 juli 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens ;

Gezien het samenwerkingsakkoord tussen de federale, gewestelijke en gemeenschapsoverheden voor het harmoniseren en uitlijnen van de initiatieven die de realisatie van een geïntegreerd e-government beogen, gesloten op 26 augustus 2013 ;

Overwegende dat de administratieve vereenvoudiging wordt omschreven als een geheel van stappen waardoor de administratieve formaliteiten die een gebruiker moet vervullen om aan de door de overheden opgelegde regels te voldoen, verlicht en...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT