Décision judiciaire de Raad van State, 11 mai 1995
| Date de Résolution | 11 mai 1995 |
| Juridiction | Schorsing |
| Nature | Arrest |
RAAD VAN STATE, AFDELING ADMINISTRATIE.
A R R E S T nr. 53.231 van 11 mei 1995 in de zaak A. 61.933/VII-12.935.
In zake :
Rudy KOCH, die woonplaats kiest bij Advocaat D. VAN HEUVEN, kantoor houdende te KORTRIJK,
Koning Leopold I-straat 19 tegen :
-
de gemeente ANZEGEM, die woonplaats kiest bij Advocaat J. LIEVENS, kantoor houdende te KORTRIJK,
Kennedypark 37,
-
het Vlaamse Gewest, vertegenwoordigd door de Vlaamse regering, dat woonplaats kiest bij Advocaat J. BOSSUYT, kantoor houdende te ASSEBROEK-BRUGGE,
Bossuytlaan 34.
tussenkomende partij : de b.v.b.a. AGRO MULLIE, die woonplaats kiest bij Advocaat A. DECLERCK, kantoor houdende te HARELBEKE,
Kortrijksesteenweg 12.
D E
R A A D
V A N
S T A T E,
VIIe
K A M E R,
Gezien het verzoekschrift dat Rudy KOCH op 18 januari 1995 heeft ingediend om de schorsing van de tenuitvoerlegging te vorderen van het besluit van 15 maart 1994 van het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Anzegem, houdende afgifte aan de b.v.b.a.
AGRO
MULLIE van een vergunning voor het bouwen van een vrijstaand woonhuis op het perceel gelegen Tiegemberg -deelgemeente Tiegem-, en bekend ten kadaster Sectie A, nr. 1236 k;Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op de ar- tikelen 17 en 18;
Gezien de nota's van de verwerende partijen;
Gezien het verslag opgemaakt door Eerste Auditeur J. HUBREGTSEN;
Gelet op de kennisgeving van het verslag aan partijen;
Gelet op de beschikking van 17 maart 1995 waarbij de terechtzitting bepaald wordt op 27 april 1995;
Gehoord het verslag van Staatsraad M. VRINTS;
Gehoord de opmerkingen van Advocaat D. VAN HEUVEN, die verschijnt voor verzoeker, van Advocaat G. SEPELIE die, loco Advocaat J. LIEVENS, verschijnt voor de eerste verwerende partij, van Advo- caat J. BOSSUYT, die verschijnt voor de tweede verwe- rende partij, en van Advocaat A. DECLERCK, die ver- schijnt voor de tussenkomende partij;
Gehoord het eensluidend advies van Eerste Auditeur J. HUBREGTSEN;
Gelet op titel VI, hoofdstuk II, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Overwegende dat de b.v.b.a. AGRO MULLIE met een verzoekschrift van 8 februari 1995 heeft gevraagd om in het administratief kort geding te mogen tussenkomen;Overwegende dat de eerste verwerende partij en de tussenkomende partij opwerpen dat de vordering niet ontvankelijk is; dat er vooralsnog geen noodzaak bestaat om over de opgeworpen excepties uitspraak te doen; dat een onderzoek van...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI