Arrêt nº 63558 de Conseil du Contentieux des Etrangers - IVde Kamer, 21 juin 2011

ConférencierW. Muls
Date de Résolution21 juin 2011
SourceConseil du Contentieux des Etrangers - IVde Kamer
PaysKosovo

nr. 63 558 van 21 juni 201 in de zaak RvV X / IV

In zake: X

Gekozen woonplaats: X

tegen:

de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen

DE WND. VOORZITTER VAN DE IVde KAMER,

Gezien het verzoekschrift dat X, die verklaart van Kosovaarse nationaliteit te zijn, op 20 april 2011 heef ingediend tegen de beslissing van de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen va 22 maart 2011.

Gelet op artikel 51/4 van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, he verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen.

Gezien de nota met opmerkingen en het administratief dossier van de verwerende partij.

Gelet op de beschikking van 26 mei 2011 waarbij de terechtzitting wordt bepaald op 16 juni 2011.

Gehoord het verslag van rechter in vreemdelingenzaken W. MULS.

Gehoord de opmerkingen van advocaat M. KALIN, die loco advocaat W. PEETERS verschijnt voor d verzoekende partij, en van attaché E. DEWIL, die verschijnt voor de verwerende partij.

WIJST NA BERAAD HET VOLGENDE ARREST:

  1. Over de gegevens van de zaak De bestreden beslissing luidt als volgt: "A. Feitenrelaas

Volgens uw verklaringen bent u een Roma afkomstig uit Gjakovë, en bent u in het bezit va de Kosovaarse nationaliteit. Uit uw verklaringen voor het Commissariaat-generaal blijkt dat uw asielaanvraag integraal baseert op de vluchtmotieven die eveneens door uw zoon, (R.N.)

(O.V. 6.704.316), werden aangehaald. Zo verklaarde u net als uw zoon dat u Kosovo diende t ontvluchten met het gezin van uw zoon tijdens de oorlog in 1999 toen de Albanezen terugkwamen en problemen met hen kreeg. Samen met uw zoons familie vertrok u naar Servië. Uw zoon werd er doo Serviërs gepest en geslagen vanwege jullie Roma-etnie. De politie kwam maar ondernam niets. U kree kort na de oorlog migraine waarvoor u nog steeds medicatie neemt. Jullie besloten terug te keren naa Kosovo toen de situatie erop was verbeterd. Na uw terugkeer in Kosovo had u problemen me Albanezen. Uw schoondochter, (M.Z.) (O.V. 6.704.323), had het moeilijk om naar buiten te gaan en om RvV X - Pagina 1 voor haar kinderen en haarzelf bij de dokter te gaan. Uw schoondochter en de kleinkinderen werde lastig gevallen en konden niet naar school gaan. Verder werd uw zoon geslagen en door een groe Albanezen verwond. U voegde hier nog aan toe dat u kort voor de oorlog migraine kreeg en dat hiervoor in Kosovo behandeld werd. Op 13 oktober 2010 vroeg u in België asiel aan. Ter staving van u identiteit legde u uw identiteitskaart, uitgereikt door UNMIK te Pristina op 10 december 2002, neer.

B. Motivering

Uit uw verklaringen afgelegd op het Commissariaat-generaal blijkt dat u zich voor u asielaanvraag baseert op dezelfde motieven als diegene die werden aangehaald door uw zoon (R.N.).

In het kader van zijn asielaanvraag werd besloten tot een weigering van de vluchtelingenstatus e weigering van de subsidiaire beschermingsstatus. De beslissing van uw zoon werd als volg gemotiveerd:

"Na grondig onderzoek van de door u ingeroepen elementen alsook van de concrete en actuel situatie in uw land van herkomst, dient te worden besloten dat ik u noch het vluchtelingenstatuut, noc het subsidiaire beschermingsstatuut kan toekennen.

U verklaarde sinds uw terugkeer uit Servië in 2003 of 2004 voortdurend in Gjakovë me etnische Albanezen problemen gehad te hebben. U werd beledigd, u werd bedreigd, u werd regelmati niet betaald voor uw werk op de plaatselijke markt, u werd door eenzelfde groep Albanezen een vierta keer geslagen en u werd ongeveer een maand voor uw vertrek door een groep Albanezen aangevalle en neergestoken vanwege uw etnische origine. Veel Roma hadden gelijkaardige problemen. U partner werd ook nog slachtoffer van verschillende aanrandingspogingen (CGVS, p. 10; p. 14; CGV partner, p. 8). Hieraan kan slechts weinig geloof worden gehecht, gezien deze door u aangehaald zwaarwichtige incidenten geenszins in overeenstemming kunnen gebracht worden met de o het Commissariaat-generaal beschikbare informatie. Deze informatie werd onder meer verzamel tijdens een missie naar Kosovo, die plaatsvond van 15 tot 25 september 2009 en is afkomstig va zowel vertegenwoordigers van diverse internationale actoren ter plaatse, alsook va meerdere vertegenwoordigers van de Roma-gemeenschap zelf. Uit continue directe contacten tijden en na de missie met lokale actoren is gebleken dat de algemene veiligheidssituatie en d bewegingsvrijheid van Roma in Kosovo en in Gjakovë in het bijzonder wel degelijk objectief verbeter zijn. Er wordt in deze informatie absoluut geen melding gemaakt van de door u aangehaald incidenten die u nochtans aangekaart zou hebben bij een lokale Roma-leider, (A.K.) van de Romavereniging PRYK (of PREBK in het Albanees) die in de plaatselijke gemeenteraad vertegenwoordigd i (CGVS, p. 16). De veiligheidssituatie wordt over het algemeen als stabiel en kalm omschreven. I diverse regio's van Kosovo - ook in Gjakovë, waarvan u afkomstig bent - werden reeds geruime tij geen belangrijke etnisch geïnspireerde incidenten meer gemeld of deden zich al lang gee veiligheidsincidenten voor waarbij de Roma-gemeenschap betrokken was. De Roma beschikken z goed als overal over volledige bewegingsvrijheid. In meerdere gemeenten kunnen de Roma vri bewegen binnen hun eigen gemeente en zelfs daarbuiten en reizen ze regelmatig naar andere gebiede van Kosovo. Dat u al jaren op de markt problemen zou hebben, dat uw partner van verschillend aanrandingspogingen slachtoffer werd, dat u verschillende malen geslagen werd en dat u in septembe 2010 werd neergestoken is in het licht van bovenstaande informatie dan ook ongeloofwaardig. Da hieraan geen geloof kan worden gehecht wordt bevestigd door voorname tegenstrijdigheden in u verklaringen en tussen uw verklaringen en deze van uw moeder. Aanvankelijk verklaarde u dat u he incident waarbij u werd neergestoken bij de politie meldde, maar dat zij u niet verder konden helpe aangezien u niet wist wie de daders waren (CGVS, p. 10). Later, tijdens hetzelfde gehoor, beweerde evenwel dat u naar aanleiding van dit incident niet naar de politie durfde te gaan. U voegde hieraa toe dat u wel degelijk één van de daders herkende. U wist zelfs waar hij woonde (CGVS, p. 16). U moeder verklaarde dan weer dat u uw buurman belde, die op zijn beurt de politie verwittigde. De politi kwam echter niet opdagen (CGVS (B.S.), p. 13). Uit bovenstaande vaststellingen blijkt dan ook dat e aan de door u aangehaalde incidenten geen enkel geloof meer kan worden gehecht. Gezien er hieraa geen geloof kan worden gehecht, kan er evenmin geloof gehecht worden aan de oorzaak van u medische problemen en de medische problemen van uw partner, die u overigens met geen enke medisch attest staafde. U verklaarde...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT