UDN (Raad van State)
1860 resultaten voor UDN (Raad van State)
-
Vonnis van Raad van State, 30 de Junio de 2022
De verzoekende partij heeft meer dan een maand gewacht om haar vordering in te stellen. Er wordt in haar verzoekschrift enkel aangegeven dat de vordering "wordt ingesteld ruim voor dat de beroepstermijn om een verzoekschrift tot nietigverklaring in te stellen bij [de] Raad van State verstrijkt\
-
Vonnis van Raad van State, 24 de Junio de 2022
Bij e-mailbericht wordt als bijlage een brief gestuurd waarin de algemeen directeur van de aanbesteder aan de verzoekende partij meedeelt dat zij de opdracht heeft gegund "aan een andere inschrijver". dat zij de opdracht heeft gegund "aan een andere inschrijver". De verwerende partij betoogt evenwel in haar nota dat de kennisgeving, die minstens de schijn wekt dat er reeds een...
-
Vonnis van Raad van State, 2 de Mayo de 2022
De verzoeker.p. gaat te dezen uit van een verkeerde lezing van het bestek en van de prijsverantwoording, waar zij betoogt dat de opgegeven prijsverantwoording van de gekozen inschrijver niet deugdelijk is. Het uitgangspunt van de verzoekende partij dat in het bestek elk hergebruik van asfaltgranulaat als cementgebonden fundering op dezelfde werf zou zijn uitgesloten, waardoor dit volgens haar...
-
Vonnis van Raad van State, 2 de Mayo de 2022
Op grond van artikel 34 van het koninklijk besluit plaatsing van 18 april 2017 verbetert de aanbestedende overheid "rekenfouten en zuiver materiële fouten in de offertes". Met een "zuiver materiële fout\
-
Vonnis van Raad van State, 26 de Abril de 2022
De BB inzake loopbaanbeëindiging omwille van het bereiken van de leeftijdsgrens van 65 jaar is expliciet ingetrokken. Door die intrekking is het verzoekschrift zonder voorwerp - doelloos - en dienvolgens onontvankelijk geworden. Er wordt toepassing gemaakt van artikel 30, § 5, van de RvS-wet dat bepaalt dat wanneer een vordering tot schorsing en een verzoekschrift tot nietigverklaring aanhangig...
-
Vonnis van Raad van State, 26 de Abril de 2022
De verw.p. kan niet worden bijgevallen waar zij in haar nota meent dat de naleving van de stedenbouwkundige voorschriften als minimale eis kwalificeert, zodat elke afwijking dient te worden gesanctioneerd met de nietigheid van de offerte. De Raad van State stelt te dezen immers vast dat de verwerende partij in het gunningsverslag het voldoen aan de dwingende stedenbouwkundige voorschriften zonder
-
Vonnis van Raad van State, 19 de Abril de 2022
Het feit dat de verzoekende partij in tussenkomst niet is tussengekomen in de eerdere procedure die geleid heeft tot arrest nr. 252.567 is geen reden om haar de tussenkomst in de huidige procedure te ontzeggen.
-
Vonnis van Raad van State, 7 de Abril de 2022
Als subcriteria worden beschouwd gegevens die dienstig zijn om in het aangebodene een onderscheid te maken en die aldus een maatstaf zijn bij de beoordeling van een gunningscriterium. Het gaat om voorafgaand aan de toetsing bedachte gegevens, met een eigen gewicht, waarmee de inschrijvingen min of meer stelselmatig worden vergeleken. Daarvan te onderscheiden zijn loutere beoordelingselementen,...
-
Vonnis van Raad van State, 6 de Abril de 2022
Het komt in de eerste plaats de verwerende partij, die zelf de beoordelingsmethodiek in het bestek heeft omschreven, toe om haar besteksbepaling te interpreteren. Zij beschikt daarvoor over een zekere beoordelingsruimte. Dat heeft de verwerende partij in casu ook gedaan. De verw.p. heeft de verzoekers te dezen beschouwd als de inschrijvers die "het beste aanbod doen op het bedoelde...
-
Vonnis van Raad van State, 29 de Marzo de 2022
De visie van de verzoeker.p., dat het niet duidelijk is of haar offerte met andere offertes is vergeleken, of tenminste dat het niet duidelijk is met welke offertes de hare is vergeleken, kan niet worden bijgevallen. Met name is elke inschrijver op elk gunningscriterium beoordeeld, waarbij voor inschrijvers die op een bepaald gunningscriterium een relatief lage score behalen, wordt aangegeven...
-
Vonnis van Raad van State, 16 de Marzo de 2022
Op grond van artikel 66, § 3, eerste lid, van de wet overheidsopdrachten 2016 beschikt de aanbestedende overheid onder de daarin vermelde voorwaarden, waaronder de inachtneming van het gelijkheidsbeginsel, over de mogelijkheid om een inschrijver te vragen de door hem ingediende inlichtingen en documenten aan te vullen of toe te lichten. Zo kan de overheid een inschrijver vragen, in het raam van...
-
Vonnis van Raad van State, 15 de Marzo de 2022
Uit de rechtspraak van het Hof van Justitie met betrekking tot artikel 55, lid 2, van richtlijn 2004\/18\/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 'betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten' dat overeenstemt met het voormelde artikel 69, lid 3, eerste alinea, van richtlijn 2014\/24\/EU, in het...
-
Vonnis van Raad van State, 23 de Febrero de 2022
Uit de stukken van het administratief dossier blijkt dat verzoeker minstens sedert 20 januari 2022 op de hoogte was van de BB (schorsing voorlopige inschrijving van verzoeker in het Nationaal Register voor gerechtsdeskundigen). Verzoeker heeft zijn vordering pas ingesteld op 12 februari 2022, zodat hij na kennisname van de BB meer dan drie weken heeft laten verlopen. Dat verzoeker pas met volle...
-
Vonnis van Raad van State, 10 de Febrero de 2022
Aangezien de wetgever er blijkens de parlementaire voorbereidingen die hebben geleid tot de rechtsbeschermingswet en het advies van de afdeling Wetgeving van de Raad van State bewust voor heeft geopteerd om in artikel 9\/1, § 2, tweede lid, van de rechtsbeschermingswet slechts bij vernietigingsberoepen in een bijzondere termijnregeling te voorzien in het geval dat de aanbestedende overheid...
-
Vonnis van Raad van State, 13 de Enero de 2022
De middels een pleitnota ter terechtzitting nieuw aangehaalde argumenten met betrekking tot de uiterst dringende noodzakelijkheid kunnen niet in aanmerking worden genomen. Verzoekers beweren niet \u0055 noch blijkt spontaan \u0055 dat zij deze argumenten niet in hun verzoekschrift hadden kunnen doen gelden. Zoals de verwerende partij in haar nota terecht opmerkt, lijken verzoekers de pleitnota te
-
Vonnis van Raad van State, 31 de Diciembre de 2021
De verzoekende partij gaat uit van het verkeerde uitgangspunt dat de verwerende partij er zich toe geëngageerd zou hebben om nader te overleggen over de invoering van het eenrichtingsverkeer in het geheel van de straat. Het aangekondigde overleg heeft immers louter betrekking op de nadere modaliteiten voor het laden en lossen "in de straat".
-
Vonnis van Raad van State, 29 de Diciembre de 2021
De in art. 186 VLAREBO 2008 bedoelde uitspraak van de erkende bodembeheersorganisatie over de conformiteit van het technisch verslag met de bepalingen van VLAREBO 2008, is overeenkomstig art. 188 VLAREBO 2008 tegenstelbaar aan andere erkende bodembeheersorganisaties die daartegen administratief beroep kunnen instellen bij de OVAM, en laat overeenkomstig art. 189 VLAREBO 2008 de uitvoerder van de...
-
Vonnis van Raad van State, 5 de Noviembre de 2021
Er kan alleen rekening worden gehouden met hetgeen over de UDN in het verzoekschrift werd uiteengezet en gestaafd. De RvS kan geen acht slaan op hetgeen ter terechtzitting nog door de verzoekende partij wordt bijgebracht. De verwerende partij kan daarop immers niet meer schriftelijk repliceren en de auditeur kan daarover niet op een deugdelijke wijze advies verlenen in een procedure die op grond...
-
Vonnis van Raad van State, 5 de Octubre de 2021
Zelfs indien aangenomen wordt dat de schoolorganisatie tijdens de lockdown bijgedragen heeft aan het minder gunstige eindresultaat van de leerling, brengt dit niet met zich mee dat dat resultaat gunstiger wordt. De vaststelling van de oorzaak van het minder presteren laat niet toe het uiteindelijke resultaat als beter te evalueren dan wat er is gepresteerd, laat staan dat van de weeromstuit aan...
-
Vonnis van Raad van State, 1 de Octubre de 2021
In de BB, heeft de beroepsinstantie aan de hand van een beoordelende commentaar bij alle mogelijke antwoorden op de CLEAR proef uitdrukkelijk verwoord waarom, het door haar als juist in aanmerking genomen antwoord de vraag uit de opgave het best kan bewerkstelligen en waarom de andere mogelijke antwoorden, dat niet doen. De BB is in dat opzicht alvast afdoende formeel gemotiveerd. Indien...
-
Vonnis van Raad van State, 30 de Abril de 2021
In beginsel verantwoorden nadelen zoals een substantieel financieel nadeel, een bijzondere administratieve last en onmiddellijk optredende ernstige reputatieschade niet de uiterst dringende noodzakelijkheid. Een financieel nadeel is immers in beginsel herstelbaar. Reputatieschade vormt in essentie een moreel nadeel en kan in de regel worden goedgemaakt door een vernietigingsarrest. In de mate de...
-
Vonnis van Raad van State, 22 de Abril de 2021
De verwerende partij heeft de verzoekende partij een uittreksel uit de gunningsbeslissing en twee dagen later de kwalitatieve analyse van de offertes medegedeeld. De verzoekende partij betoogt dat de gunningsbeslissing zoals die haar eerst ter kennis werd gebracht, niet meer bevat dan een opgave van de punten per gunningscriterium en geen enkele woordelijke motivering. De ontvangst van de...
-
Vonnis van Raad van State, 15 de Marzo de 2021
De feitelijke grondslag voor de bestreden veiligheidsmaatregel is beperkt tot de loutere verdenking dat vennootschappen en natuurlijke personen die verantwoordelijk worden geacht voor onregelmatigheden die werden vastgesteld in de ene inrichting, mogelijk gelijkaardige onregelmatigheden zouden hebben begaan in een andere inrichting, ook al erkent de verwerende partij dat daarvoor geen enkele...
-
Vonnis van Raad van State, 9 de Marzo de 2021
De feiten en praktijken die in de bestreden beslissing worden aangehaald zijn voor het overgrote deel blijven duren tot op het ogenblik van de bestreden beslissing. Dat een aantal vermelde feiten niet meer actueel zouden zijn doet dan niet echt ter zake, ook al omdat ze recent aan het licht gekomen zijn.
-
Vonnis van Raad van State, 3 de Marzo de 2021
Verzoeker verwijst naar een stuk uit Oostenrijk waaruit zou blijken dat hij minderjarig is. Uit niets blijkt echter dat hij dat stuk heeft meegedeeld aan de verwerende partij alvorens de bestreden beslissing werd genomen of dat de verwerende partij er toen kennis van had of moest hebben. De fiche niet-begeleide minderjarige die zich in het administratief dossier bevindt vermeldt integendeel dat...
-
Vonnis van Raad van State, 2 de Marzo de 2021
De spoedeisendheid moet bestaan in hoofde van de verzoekende partij persoonlijk, niet in hoofde van de milieutechnische eenheid die door meerdere onderscheiden vennootschappen wordt geëxploiteerd.
-
Vonnis van Raad van State, 1 de Marzo de 2021
De regeling van art. 54, tweede lid, van het decreet van 22 december 2006 houdende de bescherming van water tegen de verontreiniging door nitraten uit agrarische bronnen, houdt niet in dat alle aan- en afvoer op absolute wijze wordt verboden, maar wel dat alle transporten worden onderworpen aan een voorafgaande schriftelijke toestemming van de Mestbank. De bestreden beslissing legt geen verbod op
-
Vonnis van Raad van State, 5 de Febrero de 2021
De aanbestedende overheid beschikt in beginsel over een aanzienlijke beoordelingsruimte om de ontvangen prijsverantwoordingen al dan niet te aanvaarden. De Raad van State mag zich, gesteld voor de toetsing van een dergelijke beoordeling, niet in de plaats stellen van het bestuur en zelf de beoordeling van de prijsverantwoording overdoen. Het komt hem enkel toe om desgevraagd na te gaan of deze...
-
Vonnis van Raad van State, 2 de Febrero de 2021
De verzoekende partij lijkt ten onrechte aan te nemen dat een inbreuk op de bepaling van artikel 28 van het koninklijk besluit plaatsing 2017 slechts aanleiding vermag te geven tot de substantieel onregelmatigverklaring van de offerte indien er effectief sprake is van frontloading, wat volgens de verzoekende partij te dezen niet het geval is. Overeenkomstig artikel 76, § 1, derde lid, van het...
-
Vonnis van Raad van State, 28 de Enero de 2021
Er lijkt te mogen worden aangenomen dat de vereiste uit artikel 65 van het koninklijk besluit plaatsing 2017, luidens hetwelk de aanbestedende overheid "verplicht [is] om elk kwalitatief selectiecriterium van economische, financiële en\/of technische aard te verbinden aan een gepast niveau\